Het lef om te verwonderen

Luisteren omvat meer dan enkel registreren wat er gezegd wordt. Het betreft de manier van spreken, het gedrag tijdens het gesprek, hun oogcontact, de woordkeuze, hun volume, de context waarin ze spreken en hoe dit allemaal resoneert met jou. Dit roept een hele reeks vragen op.

Vragen

Een belangrijk onderdeel van luisteren is het reageren op wat je hoort, waarbij je je focus op de ander houdt en niet begint te uitleggen hoe jij een situatie zou aanpakken. Hoe druk je uit wat je hebt gehoord? Parafeer je of niet, en zo ja, hoe? Al deze factoren hangen af van jou: jouw gedachten, emoties, herinneringen die bovenkomen tijdens het luisteren, je fysieke gevoelens. Heb je echt de tijd en intentie om te luisteren, of is je agenda eigenlijk te vol? Luister je in een prettige omgeving, is wat de ander zegt in lijn met jouw morele kompas of wijkt het daar juist sterk van af? Dit is beslist geen eenvoudige taak.

Statistieken

In het verleden werkte ik als adviseur voor de raad van bestuur van een gesloten jeugdzorginstelling, inclusief een justitiële jeugdinrichting. Tijdens mijn eerste maand werd ik overspoeld met statistieken over jeugdcriminaliteit: recidive, afkomst, opleidingsniveau… Overal statistieken. Ik werd gevraagd om de inhoudelijke voorbereiding van een aankomend werkbezoek van een belangrijk parlementslid te verzorgen. Terwijl ik achter mijn computer zat, kon ik maar aan één ding denken: wie zijn deze jongeren die opgesloten zitten? Wat is hun verhaal? Hoe zijn ze hier beland?

Verwondering

Vanuit nieuwsgierigheid, en ruim voor het werkbezoek, ging ik op een ochtend naar de jeugdinrichting. Net als elke andere bezoeker, moest ik door detectiepoorten en mijn spullen inleveren. Een collega wachtte mij op en leidde mij naar een grote hal vol met celdeuren. Daar liepen tientallen jongens en meisjes rond, velen van hen al geruime tijd. Allen hadden ernstige gedragsproblemen. Mijn collega had verschillende gesprekken voor me geregeld om meer inzicht te krijgen voor de organisatie van het werkbezoek. Ik leerde jongeren kennen met verhalen over trauma, pijn, verslaving, groepsdruk, angsten en allerlei psychiatrische problemen… Ik zat soms oncomfortabel in hun cellen, terwijl sommigen openlijk spraken en anderen stoer deden, soms in de derde persoon, soms in de eerste. Ik stelde alleen maar vragen, mijn reacties bleven vaak beperkt tot…waarom? Soms was ik sprakeloos van verbazing, verwondering en verontwaardiging. En ja, ik heb ook een keer een traan gelaten.

Beschadigd

Ze was bijna 18. Ze had felle bruine ogen en lang haar. Ze was sportief gekleed. Ze had niet veel zin om te praten want ‘u weet toch waarom ik hier zit’. Ik legde haar uit dat ik hier was om haar niet als een nummer te zien, maar als een persoon met een verhaal. “Je hoeft me niets te vertellen over de daad die je hebt gepleegd. Ik wil proberen te begrijpen hoe het zo ver is gekomen.” Toen deelde ze haar verhaal over jaren van mishandeling, opgesloten zitten onder de trap, schreeuwen, pesten en een wereld die haar niet wilde horen. Dit waren haar laatste weken in de jeugdinrichting. Ik luisterde in stilte, slikte, keek vaak naar beneden om mijn emoties onder controle te houden, mijn gedachten vlogen heen en weer van haar ouders, naar haar, naar de slachtoffers. Op het einde vroeg ik haar of ze droomde over haar aanstaande vrijlating en de vrijheid die haar te wachten stond. Ze keek me aan, ze voelde dichterbij dan aan het begin van ons gesprek: “Ik droom over vrijlating, maar niet over vrijheid. Want ik heb geen idee wat dat betekent en of ik daarmee om kan gaan. Thuis zat ik na school opgesloten onder de trap, hier in de cel. Ga ervan uit dat u mij binnen drie maanden weer kunt bezoeken in de volgende gevangenis.” Ik liep toen met tranen in mijn ogen door de gangen van het gebouw… zo jong… zo beschadigd…

Perspectief

Elke jongere die ik die dag sprak heeft een diepe indruk op mij achtergelaten. Voor mij waren het echte ontmoetingen. Zij waren het die mij deden reflecteren op mijn leven, mijn morele kompas, mijn oordelen, waardoor ik mijn perspectief kon verdiepen, verbreden en veranderen.

Drie weken later koos het parlementslid ervoor om niet te proberen te begrijpen wat deze jongeren te vertellen hadden. Ik greep wel mijn kans om mijn ervaringen te delen; ik betwijfel of ik hem raakte. Hij was die dag niet gekomen om naar iemand te luisteren. Alleen zijn eigen woorden, oordelen, visie en keuzes galmden door de kamer.

Wanneer je erin slaagt om echt te luisteren, en dat kan alleen door de ander worden bepaald, kan dit je begrip van mensen en de wereld om je heen transformeren; dit zal onvermijdelijk je leven verrijken.