
Een noodzakelijke onderbreking van vanzelfsprekendheid
Een kort gesprek met een vriend bracht me op een gedachte die me sindsdien niet meer heeft losgelaten. We spraken over het vermogen of misschien beter: de moeite om je werkelijk te laten verwonderen. Hij noemde de naam Abraham Joshua Heschel. Bij mij kwam meteen Marc Chagall in gedachten.
Een theoloog en een schilder, op het eerste gezicht ver van elkaar, maar in mijn beleving verbonden in wat ze zichtbaar maken: een manier van kijken waarin vanzelfsprekendheid plaatsmaakt voor openheid. Waarin controle niet het doel is, maar aandacht. En waarin verwondering niet vrijblijvend is, maar een morele houding vertegenwoordigt.
Verwondering als beginpunt
Voor Heschel vormt verwondering niet slechts een gevoel, maar het uitgangspunt van zowel denken als ethiek. Hij noemt het “radicale verwondering”: het vermogen om het bestaan zelf niet als vanzelfsprekend te ervaren, maar als iets dat je telkens opnieuw mag ontvangen.
“Our goal should be to live life in radical amazement… Get up in the morning and look at the world in a way that takes nothing for granted.”
Deze houding gaat vooraf aan kennis. Ze onderbreekt de automatische reflex om te duiden, te beheersen, te verklaren. Ze vraagt geen antwoord, maar aanwezigheid.
Volgens Heschel is deze verwondering niet neutraal. Ze roept verantwoordelijkheid op. Wie werkelijk kijkt, raakt betrokken. Niet vanuit controle, maar vanuit verbondenheid.
Intellectuele bescheidenheid: een verwante deugd
In de hedendaagse filosofie, met name binnen de epistemologie van de deugden, wordt het begrip intellectuele bescheidenheid (intellectual humility) omschreven als een waardevolle, maar kwetsbare deugd. Ze verwijst naar het besef van de grenzen van je eigen kennis, en de bereidheid om ruimte te laten voor andere perspectieven en voor het ongemak van niet-weten.²
Volgens filosoof Jason Baehr houdt intellectuele bescheidenheid in dat je actief erkent dat je kennis onvolledig is. Dat je het risico op vergissen serieus neemt. En dat je niet alleen openstaat voor andere meningen, maar ook voor de mogelijkheid dat je iets wezenlijks over het hoofd hebt gezien.³
In publieke en professionele contexten of het nu gaat om wetenschap, beleid of media, staat deze houding onder druk. Zekerheid wordt beloond. Twijfel wordt al snel opgevat als zwakte.
Tegen deze achtergrond biedt Heschels denken een fundamentele correctie: het begint niet bij weten, maar bij verwonderen. Niet bij stelligheid, maar bij ontvankelijkheid.
Kunst, luisteren en ruimte
Wanneer ik aan verwondering denk, zie ik niet alleen de teksten van Heschel voor me, maar ook de schilderijen van Marc Chagall. Zijn werk laat zien dat werkelijkheid niet altijd logisch hoeft te zijn om betekenisvol te zijn. Zwevende mensen, kleurverschuivingen, herinneringen en dromen: het zijn beelden die ons eraan herinneren dat niet alles verklaarbaar hoeft te zijn om gezien te mogen worden.
Op een verwante manier is luisteren een vorm van verwondering in relatie. Niet wachten om te spreken, maar werkelijk ruimte maken voor de ander. Niet invullen, maar laten zijn.
Dat vraagt moed en vertraging.
Luisteren, verwonderen, bescheiden zijn in wat je denkt te weten; het zijn geen passieve houdingen. Het zijn bewuste keuzes, die in de praktijk vaak meer vragen dan een scherp betoog of een snelle conclusie.
Reflectie
Wat Heschel ons leert en wat ik meen terug te zien in kunst, filosofie en in de praktijk van het luisteren is dat verwondering geen luxe is, maar een noodzakelijke onderbreking van vanzelfsprekendheid.
In een tijd waarin het tempo van oordeel en reactie hoog ligt, is het misschien wel een vorm van volwassenheid om te zeggen: ik weet het niet zeker, ik wil eerst kijken, ik wil luisteren.
Verwondering is dan geen afstand nemen, maar een andere manier van aanwezig zijn.
Eentje die niet alles vastlegt, maar ruimte laat voor wat nog niet begrepen is.
Misschien is dat de kern van intellectuele bescheidenheid: de moed om niet alles te hoeven weten om toch betrokken te zijn.
Noten
Jason Baehr, Cultivating Good Minds: A Philosophical and Practical Guide to Educating for Intellectual Virtues, Hackett Publishing, 2021, p. 93–107.
Abraham Joshua Heschel, God in Search of Man: A Philosophy of Judaism, Farrar, Straus and Giroux, 1955, p. 45.
Ian M. Church & Peter L. Samuelson (eds.), Intellectual Humility: An Introduction to the Philosophy and Science, Bloomsbury Academic, 2017.

