Luisteren als waterwerk
Afgelopen week ontmoette ik een man uit Pakistan. Hij vertelde dat hij Nederland vooral kende van het water: van de dijken, de polders en het ingenieuze monitoren van stromen en peilen. “Bijzonder,” zei hij, “hoe jullie zo precies weten wat water nodig heeft.” Ik luisterde verwonderd naar zijn woorden. Toen hij vroeg wat ik in het dagelijks leven deed en ik vertelde over mijn werk rond luisteren, glimlachte hij:
“Jullie kunnen wel naar water luisteren, maar naar elkaar is een heel andere uitdaging.”
Die uitspraak bleef hangen. Nederland is wereldberoemd om zijn waterwerken. We meten, rekenen, voorspellen en stemmen af tot op de millimeter. Maar in gesprekken met elkaar tonen we vaak minder zorgvuldigheid. Waar we het getij tot achter de horizon kunnen berekenen, verliezen we in debatten soms de nuance van een enkele komma.
De psychologie laat zien dat we onze eigen blik als vertrekpunt nemen en de ander vervolgens te weinig “corrigeren”: we overschatten hoe goed we elkaar begrijpen en projecteren gemakkelijk onze aannames op wat gezegd wordt (Epley et al., 2004; Kruger et al., 2005).
In groepsgesprekken over complexe of gevoelige thema’s wordt dat extra zichtbaar. Nabijheid helpt ook niet altijd: juist tussen bekenden kan een closeness-communication bias optreden, waardoor mensen denken dat ze elkaar beter begrijpen dan werkelijk het geval is (Savitsky et al., 2011).
Wat vraagt dit van ons? Zelfkennis, en een bescheiden luisterhouding. In waterbeheer zou niemand genoegen nemen met “ongeveer goede” dijken; in gesprekken loont dezelfde precisie. Zelfbewust luisteren betekent spanning kunnen dragen, aannames expliciet maken en ruimte scheppen voor verschil. Niet om die verschillen weg te masseren, maar om ze te kanaliseren tot nieuwe inzichten.
Misschien is dat de uitnodiging van deze tijd: om naast ingenieurs van water ook ingenieurs van luisteren te worden. Zodat we niet alleen onze rivieren en kusten met zorg beheren, maar ook de stromen tussen mensen en onze samenleving nog verbonden(er) en veerkrachtiger maken.
Kunst: Amsterdam,Town on the water by Anna Pavlova
Bronnen
- Epley, N., Keysar, B., Van Boven, L., & Gilovich, T. (2004). Perspective taking as egocentric anchoring and adjustment. Journal of Personality and Social Psychology, 87(3), 327–339. DOI: 10.1037/0022-3514.87.3.327.
- Kruger, J., Epley, N., Parker, J., & Ng, Z.-W. (2005). Egocentrism over e-mail: Can we communicate as well as we think? Journal of Personality and Social Psychology, 89(6), 925–936. DOI: 10.1037/0022-3514.89.6.925.
- Savitsky, K., Keysar, B., Epley, N., Carter, T., & Swanson, A. (2011). The closeness-communication bias: Increased egocentrism among friends versus strangers. Journal of Experimental Social Psychology, 47(1), 269–273. DOI: 10.1016/j.jesp.2010.09.005.


