Passie in de zorg onder druk – Michael van Balken

Een prachtig blog van Michael van Balken, uroloog in Rijnstate Ziekenhuis op Artsennet. ‘Probleem is blijkbaar dat datgene wat de patiënt zowel als de arts het allerbelangrijkst ervaren in hun onderling contact: ruimte voor aandacht, warmte, het echte luisteren, blijkbaar volledig in de verdrukking is gekomen door?’

Pass-i-on

Ergens ging het mis. Want vraag patiënten naar hun ervaringen binnen de zorg en dikke kans dat er opmerkingen komen als: ‘Hij had meer aandacht voor zijn beeldscherm, dan voor mij’, of: ‘En toen begonnen ze gewoon op zaal, met die anderen erbij, over de slechte uitslag te praten’. Uitspraken als: ‘Ze deed gewoon de deken naar beneden en vertelde niet eens wat ze ging doen’ en: ‘Binnen twee minuten stond ik weer buiten’.

Ik begrijp wel, dit gaat allemaal niet over u, maar het is slechts een greepje uit wat er zoal over uw collega’s rondgaat.

Wrijving

Waar het artsen en andere zorgverleners al niet wil lukken aardig te zijn voor anderen, is het blijkbaar ook al een hele opgave een klein beetje aardig te zijn voor zichzelf. De constante wrijving tussen wat (men vindt dat) verwacht wordt in het vak, de vraag om tijd en aandacht voor Lief en gezin en een beetje noodzakelijke ruimte voor jezelf leidt in veel gevallen tot zich toch minstens op één van die terreinen tekort voelen komen.

Burn-out

Het aantal gesneuvelde relaties zal ik hier maar even laten passeren, maar wanneer gekeken wordt naar verslavingen enburn-out onder artsen zijn de cijfers zorgbarend. Veertig procent van de Amerikaanse en een dikke twintig procent van de Nederlandse artsen vertoont minstens een van de drie hoofdkenmerken van burn-out en gecorrigeerd voor zo’n beetje alles wat je je kan bedenken blijft het suïcide-aantal onder dokters ruim bovengemiddeld. Ik begrijp wel, dit gaat allemaal niet over u, maar het is slechts een greepje uit wat er zoal onder uw collega’s speelt.

Helpen

Toch ging niemand ooit het vak zo in. Een ieder heeft zijn eigen motieven, maar ze waren steevast op de een of andere manier verbonden met het ‘willen helpen’, ‘het iets willen betekenen voor een ander’. Probleem is blijkbaar dat datgene wat de patiënt zowel als de arts het allerbelangrijkst ervaren in hun onderling contact: ruimte voor aandacht, warmte, het echte luisteren, blijkbaar volledig in de verdrukking is gekomen door? Zegt u het maar. Productiedruk? Protocolfundamentalisme? Administratieoverkill?

Patiënt-arts-relatie

Gelukkig is er wel een tegenbeweging. Vorige week lieten een paar honderd mensen zich een dag lang inspireren op het congres ‘Ziel en zakelijkheid in de zorg’, over de rol van empathie, warmte en compassie in de arts-patiënt-relatie, iets wat naar mijn mening overigens eigenlijk patiënt-arts-relatie zou moeten heten. Geen zweverig geleuter, maar goede onderzoeken over dat de softe kant van de zorg daadwerkelijk veel oplevert. En voor wie het uitgesproken wil zien: ook geld ja.

Blootgeven

In de middag mocht ik een ‘over de streep’-sessie leiden, waarin een kleine dertig man, onder wie de nieuwe beloften voor de toekomst, maar ook de oude rotten in het vak, zich blootgaven door letterlijk over een streep te stappen als ze zich herkenden in aan de groep gestelde vragen. In een zoektocht naar drijfveren en eigen gevoel kwamen daar prachtige verhalen naar boven. Over eigen kwetsbaarheid en het bijna letterlijk soms meevoelen van de pijn en het verdriet van een ander. Over contacten die de verteller tekenden voor het leven, beroepsmatig én persoonlijk. Het was een van de waardevolste workshops die ik in lange tijd heb meegemaakt.

Passie

Echte passie maakt jezelf minder vatbaar voor de bedreigingen van buitenaf. Het werkt aanstekelijk: in het Engelse ‘Passion’ zitten dan ook de woorden ‘I pass on’, en vorige week heb ik daar meer dan een glimp van mogen opvangen.

Het duurt misschien nog even, maar het komt wel weer goed met de zorg.